Grondstoffen komen van ver
Wat zit er in je winegum?
Drop, gumberen, winegums, spekkies, chocola, zure matjes. Om dit snoepgoed te maken zijn planten en bomen nodig die in Europa, Afrika, Azië en Latijns Amerika groeien. In je favoriete snoep zitten dus ingrediënten die van ver moeten komen.
In veel snoep zit Arabische gom. Gom is het sap van de acaciaboom. Die boom groeit in Afrikaanse landen als Soedan, Niger, Tsjaad en Senegal. Als je een snee in de boomschors maakt, komt er na een tijdje gom uit. Gombollen kunnen zo groot worden als sinaasappels. De harde bollen kan je plukken. In Afrika is gom op de markt te koop als snoep én als middel tegen buikpijn.
Snoep zou geen snoep zijn zonder suiker. In Nederland wordt suiker gemaakt van suikerbieten. In Afrika, Latijns Amerika en Azië is dat suikerriet. Deze hoge planten met grote bladeren lijken een beetje op bamboe.
In drop en winegums zit het sap van de wortels van zoethout. De zoethoutstruik groeit in landen rondom de Middellandse Zee: Spanje, Griekenland, Turkije, Iran, Irak en Syrië.
Het sap van de zoethoutwortel is zoeter dan suiker. De wortels worden uitgegraven, gewassen, geschild, gedroogd en gekookt. Het resultaat is een dikke, zwarte massa: blokdrop. Van blokdrop wordt drop gemaakt.
Voor je chocoladereep is cacao nodig. Dat zit in bonen van de cacaovrucht. De cacaoboom kwam oorspronkelijk uit de Amazone. Tegenwoordig liggen de grootste cacaoplantages in West Afrika. Daar werken vaak kinderen die de bonen moeten plukken. Sommige fabrikanten noemen hun chocolade-repen tegenwoordig ‘slaafvrij’. Dat betekent dat ze gemaakt zijn zonder kinderarbeid.